Onze openbare bibliotheek was er bijna niet meer geweest door de draconische bezuinigingen van de afgelopen jaren. Dat een bibliotheek belangrijk is voor de ontwikkeling van kinderen en mensen weet iedereen. Dus is het wel fijn dat je boeken ergens kan lenen.Boeken, lezen, taal zijn bij toeval in mijn leven gekomen. In de buurt woonde bijna naast mij een katholiek gezin met een flinke kinderschare. Een aantal kinderen was van mijn leeftijd. Ze hadden daar een kast vol boeken: de hele serie van Arendsoog, Winnetou en nog veel meer. Ik mocht elke week daar een boek lenen. Ik hield van voetballen op straat, vuurtje stoken, boompje klimmen, cowboytje spelen, maar lezen vond ik wel net zo fijn. Je was dan in een heel andere wereld. Je bevond je in de prairie, de Rocky Mountains en op vele andere plekken. Dankzij de buren kwam ik via mijn verbeelding in andere werelden terecht. Tegelijkertijd leerde ik lezenderwijs de spelling van woorden, breidde ik mijn woordenschat uit en nog veel meer.
De mulo en bibliotheek Brunssum brachten mij verder in mijn ontwikkeling. Toen ik in Maastricht studeerde ontdekte ik daar de bibliotheek van de Beyart. Daar ging ik op zaterdagmorgen met de bus naartoe. Ik leende er boeken, die je nergens anders kon lenen. Bijvoorbeeld de eerste druk van een sleutelroman over Brunssum. De inhoud van het boek was rechtstreeks te herleiden naar Brunssumse personen en situaties. In de tweede druk werden heel wat spraakmakende passages weggelaten.
Later werd taal mijn hobby en mijn werk. Ik ging in de avonduren Nederlands studeren. Lesgeven in de Nederlands taal werd mijn hoofdvak. Lezen was niet vanzelfsprekend voor mijn leerlingen. Ik moest ze ervan overtuigen, dat lezen ontspannend was, maar ook belangrijk. Als technicus en vakman moe(s)t je immers handboeken, handleidingen kunnen lezen. Ik moest destijds mijn directeur ervan overtuigen, dat ik leerlingen zover kon krijgen, dat ze boeken gingen lezen. Uiteindelijk mocht ik elk jaar voor 1000 gulden boeken kopen. In die jaren heb ik heel wat jeugdboeken gelezen om mijn leerlingen goede leesadviezen te geven. Iedere leerling moest voor zijn examen 5 goede jeugdboeken lezen. Uiteraard waren er jongelui bij die lezen niets vonden, maar veel jongeren kreeg ik zover. Een bezoek aan de bibliotheek hoorde erbij. Ouders, school en bibliotheek moeten lezen stimuleren. Dat is goed voor de ontwikkeling. Daarom houd je als gemeentebestuur een bibliotheek overeind. Goed gedaan. Hiep, bieb, bieb, hoera voor Brunssum!