Column Ger Luit

Hallo Vluchtelingen, welkom in Brunssum!
In Nederland hebben we in het verleden vele malen vluchtelingen zien komen en weer zien gaan, als het thuisland weer veilig was. Sommigen bleven.
In de 16e en 17e eeuw ontvluchtten Franse Hugenoten, protestanten, hun land vanwege hun geloof. Ze zochten een veilige plek in Nederland. Na de val van Antwerpen in 1585 deden Vlaamse protestanten hetzelfde. De economie kreeg zo’n impuls hierdoor, dat we de Gouden Eeuw er aan te danken hadden. In de periode 1914-1918 kwamen een miljoen Belgen onze kant op. Velen gingen tijdens en na de oorlog weer terug. De Tweede Wereldoorlog en het opkomend fascisme voor 1940 brachten een vluchtelingenstroom van Joodse mensen op gang. Spanjaarden zochten hier een veilig heenkomen, toen dictator Franco in Spanje aan de macht was. In de negentiger jaren sloegen ruim 6 miljoen mensen uit het voormalige Joegoslavië op de vlucht vanwege het oorlogsgeweld. Al die keren waren er mensen die tegen de opvang van vluchtelingen waren en het viel uiteindelijk altijd mee. De weerstand van nu tegen de opvang is begrijpelijk, omdat het rijk de laatste jaren flink gesnoeid heeft in de bijstand, de WMO, de WW etc.
Laten we desondanks ook nu weer de vluchtelingen welkom heten en ze rust en een gevoel van veiligheid gunnen. Als Brunssum hebben we wat gastvrijheid betreft een naam hoog te houden. Eigenlijk bestaat Brunssum uit een mengelmoes van nakomelingen van allerlei “vreemde” voorouders. De meeste mensen kwamen hier naartoe om te werken. Het was altijd in het begin wennen van weerskanten, maar deze “vreemdelingen” en hun nakomelingen zijn allemaal burgers van Brunssum geworden. Dat geldt eveneens voor de oorlogsvluchtelingen.
Een ding is zeker: je laat nooit zo maar je huis, je land, je geboorteplek achter. Gebrek aan werk is een reden om te vertrekken, maar oorlogsgeweld is steeds vaker de reden. Brunssummers gunnen iedereen een fijn bestaan en verblijf op deze wereld en in Brunssum. Ook de mensen uit Syrië. Het is geen paradijs voor hen hier, maar we bieden ze rust en veiligheid en hopelijk komt er een tijd dat hun eigen vaderland veilig genoeg is om er weer terug te keren. Zo niet, dan zullen ze hier of elders in de vrije wereld hun bestaan moeten opbouwen. Het wordt tijd dat de hele wereld vrij is, vrij van oorlog en geweld, maar gezien de aanslagen in Parijs ziet het daar voorlopig niet naar uit.